Kaarsen maken je woonkamer gezellig en zorgen voor een fijne sfeer. Naast het warm gele licht wat ze produceren, kunnen ze ook een fijne geur in je huis verspreiden.
Je leest soms allerlei feiten en fabels over kaarsen. Weet jij niet meer wat er waar is of niet? Wij gingen op onderzoek uit en hebben hieronder de feiten en fabels voor je op een rij gezet.
1. Feit: Doof een kaars niet met water
Als je water gebruikt om een kaars te doven dan kan de was gaan spotten. Daarnaast kan uitblazen (wat de meeste mensen doen) er ook voor zorgen dat de was gaat rond spatten. Je kunt een kaars beter doven met een kaars dover. Zo gaat de kaars op een natuurlijke wijze uit door hem geen zuurstof meer te geven. Optie 2 is het gebruik van een wick-dipper. Weet je niet wat een wick-dipper is? Bekijk dan het filmpje hieronder.
2. Feit: Het is beter om je kaars niet helemaal tot de bodem op te branden
Waarschijnlijk denk je dat je een kaars helemaal zou moeten opbranden tot op de bodem? Toch is het beter om een klein laagje was over te laten. Het veiligste is om altijd een halve centimeter kaarsenwas op de bodem achter te laten.
3. Feit: Een kaars hoort geen rook te produceren wanneer hij brandt
Wanneer een kaars rookt, komt dat doordat de lont te lang is. Wil je dat je kaars netjes brandt? Trim dan de lont voordat je hem aansteekt. Ongeveer 0.5 centimeter is voldoende.
4. Feit: Een kaars die een tunnel krijgt kun je nog redden
Een tunnel in een kaars betekent dat de kaarsenwas om de lont heen smelt maar dat de was daaromheen hard blijft. Wil je deze kaars nog redden en ervoor zorgen dat de hele kaars netjes brandt? Bedek je kaars met aluminiumfolie. Je kaars heeft natuurlijk wel zuurstof nodig om te branden dus hiervoor maak je een gat boven de lont. Doordat de warmte nu onder het afdakje blijft zorg je ervoor dat de zijkanten ook gaan smelten.
5. Fabel: Geurkaarsen zijn niet veilig.
Dit is een fabel. Wanneer een kaars is gemaakt met verantwoorde materialen, zoals een duurzame was, glas wat hittebestendig is en een milieuvriendelijke katoenen lont, dan zijn ze veilig om te branden.
6. Fabel: Een bevroren kaars gaat langer mee.
Bevroren kaarsen gaan niet langer mee. Dit is een fabel. Door een kaars te bevriezen, breekt de was en dit beschadigd de kaars. Daarnaast gaan vocht en kaarsenwas ook niet goed samen want dat mixt niet.
7. Fabel: Er zit lood in kaarsenlonten.
Gelukkig niet! Hier in Europa is het verboden om lood in lonten te gebruiken. Dus zolang je kaars uit Europa komt, hoef je hier niet bang voor te zijn.
8. Roet van kaarsen kan schadelijk zijn
Het kleine beetje roet wat een kaars produceert is een natuurlijk verschijnsel wat gebeurt bij een onvolledige verbranding. Het is hetzelfde als de roet die vrij komt bij bijvoorbeeld een toaster. Gelukkig is het chemisch gezien niet dezelfde roet dat wordt gevormd door de verbranding van diesel of benzine. Hoewel je je geen zorgen hoeft te maken over kaars roet, zijn er wel manieren om dit te verminderen. Trim de lont kort voordat je de kaars aansteekt en zet je kaars niet op de tocht.
Comments